Voor het injecteren van dilatatievoegen (hier afgebeeld in een ondergrondse parkeergarage boven een steunbalk) is meestal een klein aantal injectiepakkers voldoende.
In het geval van dilatatievoegen (dilatatievoegen), moeten boorgaten ideaal in het bovenste derde deel van de verbinding worden geboord. In het geval van vloer / vloer-dilatatievoegen, moeten boorgaten ideaal worden geboord in het onderste derde deel van de verbinding.
KÖSTER Superpackers worden in de boorgaten gestoken. Bij bovenliggende verbindingen kan een cementachtige barrière zoals KÖSTER injectiebarrière nodig zijn om de verbinding vóór injectie af te dichten. Bovendien kan in bepaalde gevallen een pre-injectie met de zeer snel reagerende KÖSTER Injection Gel S4 raadzaam zijn. Er mag alleen voldoende materiaal worden gebruikt om eventuele uitstroomgebieden af te dichten.
De KÖSTER Injection Gel J4 is een speciaal ontworpen gel voor het injecteren van gewrichten met een zeer hoge hechting op de flanken en een verminderde neiging tot drogen bij contact met bewegende lucht.
De injectie van dilataties vertegenwoordigt een vrij snelle methode en minimaal invasieve manier om waterdichtheid te herstellen. Door het injecteren van de voeg is het niet nodig om ondergrondse parkeergarages of andere ondergrondse bouwcomponenten op te graven. Bovendien, aangezien een laag aantal pakkers in de meeste gevallen voldoende is, wordt de boorinspanning gereduceerd en wordt tijd bespaard.
Houd u altijd aan de specificaties in de betreffende technische richtlijnen.
